Ze lijkt op haar moeder

En ook op haar vader gelukkig. Maar haar enthousiasme, pretoogjes en onhandigheid heeft ze zeker van mij.

Vanmorgen lag ik nog te ronken toen ik een ijselijke gil hoorde. Het was mijn dochter die van de trap af denderde. Ik stond denk ik binnen een halve seconde onderaan de trap. Haar knuffel lag op de tweede tree van boven en zij lag beneden te huilen. De verfschilfers zaten in haar kapotte lip, op haar tandvlees en in de wond op haar kin. Ze was vreselijk overstuur, maar liet zich ook goed troosten door ons en een flesje melk. Ze kon meteen (op haar manier) vertellen wat er gebeurd was. Een goed teken. Terloops informeerde ze ook even wat ze aan het doen was: papa had bejoofd dat we naar peeltuin gingen als het niet nacht meej was en mama wakker. Ik ging mama wakker maken’.

De rest van de dag controleerden we op alarmerende signalen, maar het viel mee. Ze is wel wat moe, maar dat komt van gisteren. Geen sufheid, ze is niet buiten bewustzijn geweest en kan al haar ledematen nog gebruiken. Sterker nog, ze heeft haar gebruikelijke stuntshow in de avond nog even opgevoerd. Alleen een lelijke wond op haar kin en op haar lip.

Kind van d’r moeder.