Eind november 2020 zag ik mijn familie voor het laatst. Ik had het me anders voorgesteld, ooit. Mijn familie woont ver weg. Maar, we zagen elkaar regelmatig. Mijn moeder zou hier steeds een paar dagen komen, om van haar eerste kleinkind te genieten. Corona veranderde de levens van iedereen. En zo gebeurde het dat mijn ouders hier alleen zijn geweest tijdens de kraamweek. En toen halsoverkop weg moesten nadat er iemand met corona in onze omgeving was gediagnosticeerd. We zijn nog twee of drie keer daar geweest. Maar mijn dochter van 6 maanden kent haar grootouders vooral van het beeldscherm. Waar ze natuurlijk niet zoveel van snapt.
Het stond niet op de planning, maar we besloten plotseling naar mijn ouders te gaan. Ik had om meerdere redenen een meltdown in mijn hoofd de afgelopen week. Studie, vermoeidheid, gemis; het leverde allemaal verdriet op. Bang voor een avondklok en locatiebeperking wilde ik toch graag mijn ouders zien. En dus stapten we in de auto.
Bij aankomst knuffelde oma met haar kleindochter; voor het eerst in ruim 2 maanden. Saar haar lip begon te trillen en ze zette het op een huilen. Oma liet niets merken, maar ik zag dat het haar raakte. Haar kleinkind herkende haar niet en wilde niets van haar weten. Maar gelukkig zijn kinderen flexibel; op zaterdag haalden ze met elkaar alle verloren tijd in. Er werd veel gelachen, voorgelezen, gewandeld en gespeeld.
Vandaag namen we weer afscheid. Vanmorgen was Saar heel verdrietig. Haar oma pakte haar op en begon haar te wiegen. En dat kleine bundeltje mens, zo groot is ze namelijk nog niet, ontspande volledig en viel op haar schoot in slaap. Mijn vader kwam ernaast zitten en pakte Saar haar handje vast. Ik lag languit op de bank te kijken naar dit schouwspel. Een klein ronkend geluid kwam van de bank. Uit het piepkleine mondje dat opengevallen was. Verder was er totale stilte. Zo zaten we een uur. Volmaakt geluk. Tot dat kleine bundeltje geluk voorzichtig in de maxicosi werd gelegd, om de lange reis naar haar eigen huis weer te maken.