I’ve got strength and endurance

Het gebeurt niet zo heel vaak, dat ik dagen doe over het typen van een blogpost. Concept na concept verdween in de prullenbak. Ik ben bang, bang om te vertellen over mijn gevoel. Ik heb nog even gekeken naar die ene foto. De foto waarop ik op het punt sta om uit het vliegtuig geflikkerd te worden door de allerleukste skydivebuddy ever. Voor me de oceaan, links de besneeuwde bergtoppen en achter me de zon die schijnt over het land van onbegrensde mogelijkheden. Zelden heb ik me zo vrij en bang tegelijk gevoeld. Ik doe mijn ogen even dicht en voel de wind weer die langs me heen denderde. Ik hoor het onheilspellende en oorverdovende gebrom van de vliegtuigmotor. Ik kijk schuin omhoog, waar ik bemoedigend word toegelachen door mijn buddy. De koude lucht snijdt langs mijn gezicht. Ik denk aan het moment dat mijn voeten over de rand bungelden. Ik voel de allesoverheersende angst. Ik open mijn ogen weer en kijk nog eens naar de foto. Ik lach. Ik denk aan het moment dat ik mezelf probeerde gerust te stellen door de hand van mijn man stevig vast te houden en over zijn been te wrijven. Toen ik na een minuut of tien opkeek, keek zijn buddy me heel schattig aan. Geschrokken zag ik hoe mijn hand op het dijbeen van zijn buddy lag. Tien minuten lang had ik een vreemde man ongegeneerd gestreeld. Nog heel even doe ik mijn ogen dicht. Het is alsof ik heel even terug ben in het moment. Ik voel het duwtje dat mijn buddy me geeft. Ik voel de stoot adrenaline die door mijn lichaam spuit. De allesoverheersende angst waarin de tijd stil leek te staan. Ik voel het moment waarop we los komen van het vliegtuig. Ik voel hoe de angst plaatsmaakt voor overgave. Ik voel de kracht van alles wat met natuurkundige wetten te maken heeft. Mijn adem wordt afgesneden. Er is een afstand te overbruggen tussen mij en de grond van 12.000 ft. Met een snelheid van 200 km/h stort ik richting de aarde. Binnen luttele seconden voel ik hoe de angst me loslaat. Het enige dat ik nog voel is de kick in de vrije val. Ik vlieg de vrijheid tegemoet.

Het is tijd om mijn ogen te openen en weer in het hier en nu te zijn. Want ik ging een stukje schrijven. De angst die ik hierboven omschrijf is de ergste die ik ooit gevoeld heb. Maar, er was geen weg meer terug.

In het heden bouw ik aan mijn toekomst. We werken braaf aan ons FIRE-bestaan. We gaan naar ons werk of de studie, we zorgen voor onze dochter en proberen tussendoor nog een beetje te genieten. Soms is het een ontmoeting, een foto of een stuk muziek. Als door de bliksem werd ik geraakt deze week. Nieuwe muziek van Racoon. Zomaar, onderweg naar één van de vele verplichtingen die mijn leven kent. Elk woord was raak. Ik dacht na over de muziek. Wat het was dat mij dit zo raakte. Alles in dit nummer raakte me.

Nog even doe ik mijn ogen dicht om bij dat ene moment te komen. Ik voel hoe er aan mijn lichaam getrokken wordt als de parachute opengaat. Minutenlang zweven we naar beneden. De schoonheid van het landschap maakt me stil. De rush die door mijn lichaam giert is nog niet voorbij. Als ik weer met twee benen op de grond sta, voelt het onwennig. Het is alsof ik iemand anders ben. Sterker. Het voelt alsof ik de wereld aan kan. Even ga ik in het gras liggen en kijk ik naar boven. De afgelopen jaren beheerste allerlei dagelijkse beslommeringen mijn leven. Ik vergat hoe het was om op dat randje te staan. Ik vergat om stil te staan bij wie ik was. In mijn reis om een kind te krijgen vergat ik wat ik werkelijk wilde in het leven. Nu ben ik 31 en een soort van stuurloos. Welke dingen doe ik, omdat ik ze wil? Welke dingen doe ik, omdat het zo hoort? Ik vergat waar ik vandaan kwam. Ik vergat hoe bang ik soms was. Ik vergat om te zorgen voor het kleine meisje in me. Ik vergat haar een compliment te geven voor haar lef. Ik vergat haar een compliment te geven voor haar doorzettingsvermogen. Ik vergat haar een aai over haar bol te geven. Ik vergat haar te vertellen dat ze er mag zijn. Dat het oké is om bang te zijn. Ik vergat dat ze sterk was. Ik vergat dat ze dingen kan. Ik haatte haar om haar angst. Ik haatte haar om haar littekens. Ik vergat dat elk litteken stond voor een overwinning op haarzelf. Ik vergat te zorgen voor haar.

Ik ga weer even liggen in het gras. De lucht draait rondjes om me heen. De zon schijnt op mijn wimpers. Ik knijp mijn ogen een beetje dicht. In de wolken zie ik een hartje. Het gras kriebelt aan mijn voeten. Als ik straks jarig ben, wil ik skydiven. Terug naar het hartje in de lucht. Ik wil op het randje staan en voelen dat ik leef. Het ergste wat er kan gebeuren is dat de parachute én reserveparachute niet uitklappen. Maar ik kan in elk geval zeggen dat ik heb gelééfd.

En dat stukje over die muziek. Dat komt nog wel een keer.