Escaperooms spelen als dure hobby

Jaren en jaren geleden, toen het nog lang niet populair was, heb ik een escaperoom gespeeld met mijn familie. Notabene zelf georganiseerd. Het concept was toen vrij nieuw en alhoewel het een leuke ervaring was, was ik nog niet gelijk verkocht. Dat kan liggen aan het gezelschap, maar ook aan het cijferslot dat na het herhaaldelijk invoeren van de juiste code niet openging. Het spel werd stopgezet en aangezien het in een bunker was, moest de gamemaster terug naar het hoofdgebouw voor de reservesleutel. Je begrijpt dat dit niet hielp voor de sfeer.

Als we dan een paar jaar doorspoelen, komen we in het heden. Inmiddels hebben we 36 kamers gespeeld. Voor de echte escapejunkies een lachertje, maar het is in elk geval genoeg om niet meer als noobie gezien te worden. Ervaren vrienden van ons, namen ons mee. De adrenalinekick die we kregen bij het spelen van deze kamer was ontzettend gaaf en een nieuwe hobby was geboren. We spelen regelmatig in twee verschillende vaste teams. Het is cool om te zien hoe ieder z’n eigen rol aanneemt in zo’n spel. Sommige (karakter)eigenschappen worden goed zichtbaar. Soms ook kanten die je van de ander nog niet kent. Mij kun je als volgt omschrijven in een escaperoom:

  • Doet graag een stapje terug om te proberen overzicht te krijgen. Het lukt me vaak als enige om even stil te staan in het moment. Dit correspondeert niet echt met mij in het dagelijkse leven.
  • Meestal heb ik na zo’n moment een verrassende ingeving, waarbij ik dan ook bijna altijd op het goede spoor zit.
  • Niemand wil luisteren naar mij en regelmatig hoor je dan ook een heel gefrustreerd: ‘zie je, ik ZEI het toch’ tijdens het spelen en ook tijdens de nabespreking.
  • Als er iemand gewond raakt in de kamer ben ik het. Geheel in lijn met hoe ik ben. Ik val, struikel, bots en snij mezelf weleens.
  • Als er een alarm af gaat omdat je niets hoeft te forceren in de kamer, is het bijna altijd mijn schuld.
  • De puzzel waarbij een extreme mate van logica gebruikt moet worden zie ik, maar begrijp ik niet. Ik schakel altijd mijn man in voor dit soort puzzels.
  • Over mijn man gesproken: hij en ik moeten uit de buurt blijven van elkaar. Heel ver. Meestal werken we niet aan dezelfde puzzel.
  • Grote bek, klein hartje. Precies hoe ik ben. Ook in de kamer. Ik ben altijd degene die opgesloten wordt in kisten, kasten of andere krappe ruimtes in het donker. Omdat mijn mond te groot was. Omdat niemand durft. Of gewoon omdat ik alles wil meemaken.

Dure hobby. Dat wel. De techniek die in de (betere) kamers gebruikt wordt is behoorlijk fancy en dat kost wat. Een escaperoom kost gemiddeld genomen tussen de 80 en 140 euro. Deze kosten deel je wel met je team, maar dit komt dan toch neer op de helft van de prijs. Eigenlijk spelen we altijd twee kamers achter elkaar, omdat we dan net in ‘de rush’ zitten. Daarnaast drinken we achteraf graag een drankje om het spel nog eens door te spreken. En in de meeste gevallen gaan we daarna ook nog borrelen of eten in de omgeving van de escaperoom. Zo’n dag kan dus behoorlijk in de papieren lopen.

Inmiddels zijn we ook al twee keer op stedentrip naar het buitenland geweest met één van onze vaste teams. Hierbij kiezen we een locatie uit waar we graag naar toe willen en zoeken we vooraf uit of er goede en leuke kamers te spelen zijn. Op deze manier hebben we al verrassende kamers gespeeld in het buitenland. Meestal gaan we een dag of 6 en neemt de intensiteit van de te spelen kamers (tot mijn grote teleurstelling) af. In het begin spelen we er drie op een dag en op het einde niets meer. In totaal werken we zo meestal een kamer of 8 af. Uiteraard wordt er ook veel gegeten, gelachen en aan sightseeing gedaan. Het voordeel is dat de kamers in het buitenland iets goedkoper zijn dan hier. Daar staat tegenover dat je veiligheid niet gewaarborgd is in sommige gevallen. Ooit zaten we in een kamer in een oostblokland waarbij we met kappen over ons hoofd in verschillende ruimtes werden opgesloten. Een teammaat zat in een doodskist opgesloten die met geen mogelijkheid open te krijgen was en de andere teammaat had een ketting rondom zijn nek met grote roestige, vlijmscherpe pinnen van een centimeter of 25. Om een sleutel te bemachtigen moest iemand met zijn handen in een echte vleesvermaler. Die was dan wel onklaar gemaakt, maar kwam wel degelijk in beweging als je je hand er in stak. Nadat ik mezelf al een keer of drie opgeofferd had en de sleutel helaas niet te pakken kreeg, durfde niemand z’n hand er meer in te steken. Je hand bleek tot aan je elleboog er in te moeten en de vleesvermaler ging dan ook echt malen. Oh en er hingen foto’s van echte lijken. Toen we eenmaal een ruimte verder waren, kieperde iemand de gieter om met echt water. Dat water bleek bij de plant te moeten. Maar het water lag dus op de grond. Er was niet echt een back-up plan. Op een bizarre manier kwamen we dan toch in de volgende ruimte waarbij we een uit elkaar gehaalde auto in elkaar moesten zetten. Er moest olie in en benzine. De uitlaat moest gemonteerd worden en er moest gesleuteld worden. Daarna werd je zo’n beetje vergast in die kamer bij pogingen om de auto te starten. By far de meest bizarre kamer die we gespeeld hebben. En er waren wel tien manieren om levensgevaarlijk gewond te raken. Ach, het moet wel een beetje spannend blijven.

En volgensmij is een typerend kenmerk van een hobby dat het je geld kost. In die zin verschilt mijn hobby niet met de hobby’s van andere mensen…